
Toch is het opperen van die uitspraak goed voor een tirade alsof je eigenhandig de pint uit iemands hand geslagen hebt. We zijn als samenleving verknocht aan het goedje, hebben er een hele cultuur rond uitgebouwd. En zijn, terecht ook wel, fier op de kwaliteit van onder meer onze bieren.
Maar trekken we misschien even de vergelijking naar een ander geliefkoosd kwaad. Tabak. Vandaag is het ondenkbaar dat je rookt op het werk, de trein, terwijl je de baby in je armen houdt. Nochtans was er een tijd dat artsen tabak in de markt zetten als een goed middel om je rustig te houden en je ademhaling onder controle te krijgen.
We hebben haast 100 jaar nodig gehad om te komen van tabak als een middel dat door artsen aangeraden werd en als gezond product in de markt gezet werd, naar een overduidelijke link met kanker en een verlies in levenskwaliteit. Dus er is hoop. Vandaag nog zijn er experts die aanhouden dat iedere dag een glas rode wijn goede effecten heeft op je gezondheid, maar stilletjes vergeten op welke delen van de gezondheid het allemaal een slecht effect heeft.
Sta me toe de ballon te doorprikken.
We vertrekken van wat breed aanvaard is: de effecten op korte termijn van één of enkele glazen alcohol. Het is niet enkel aanvaard, voor veel mensen is het ook exact de reden dat ze drinken. Op korte termijn heeft alcohol een verdovend effect op de hersenen. Het maakt mensen minder terughoudend. Tegelijk vermindert het ook ons reactievermogen. Ook dat is iets dat mensen opzoeken, die roes.
We zijn daar overigens niet het enige gekke dier in. Olifanten, chimpansees en fruitvliegen staan er om bekend dat ze gefermenteerd fruit zoeken om in een roes te raken.
De dag na enkele glaasjes kampen velen met een kater, om bij het dierenrijk te blijven. Eigenlijk niets anders dan ons lichaam dat reageert op de toxische stof die we genuttigd hebben.
Overmatig drankgebruik heeft op korte termijn zwaardere effecten. Zo kan het leiden tot een black-out of zelfs de ademhaling of hartslag zozeer vertragen dat we in coma belanden of overlijden.
De effecten van overmatig gebruik op lange termijn zijn ook bekend en aanvaard. Het gaat dan over het beschadigen van de lever, het zenuwstelsel en het hart. Maar ook geheugenstoornissen zoals het syndroom van Korsakov zijn algemeen aanvaard gelinkt aan langdurig overmatig drankgebruik.
Nu, als we weten dat gebruik, zelfs maar enkele glazen, ons het moment zelf en de dag nadien parten spelen, dan is het niet ondenkbaar dat dit effect niet enkel op het moment zelf is.
Ondertussen ziet de wetenschap gebruik van alcohol als risicofactor in het ontwikkelen van onder andere leverkanker, slokdarmkanker, keelkanker en borstkanker. Alcohol zorgt daarbij voor ontstekingsreacties in het lichaam, die de kans op tumoren vergroten. En dat ook wanneer je minder drinkt dan de geadviseerde hoeveelheid. Rook je daarbij ook nog, dan zet het een extra turbo op de risico’s.
De geadviseerde hoeveelheid daalt trouwens. Zo spraken we enkele jaren terug nog over 21 standaardglazen bier of wijn per week voor een man en 14 voor een vrouw. Vandaag de dag gaat het over 10 standaardglazen voor mannen én vrouwen. Wie meer drinkt, valt in de categorie van riskant alcoholgebruik.
En het is niet gek dat dit aanvaardingsproces tijd vergt. We zijn als maatschappij niet bijzonder goed in het aanvaarden van verandering, hoe graag we ook zeggen van wel. En we zien de pleziertjes in het wegvallen van die remmingen.
Moeten we dan alles opgeven om oud te worden zonder pleziertjes? Natuurlijk niet. Moeten we alcohol gaan verbieden? Ook hier: nee! Maar de weerstand waarop je stoot wanneer je stelt dat ieder glas effect heeft, is wel zorgwekkend. Alsof we die spiegel niet willen zien. Niet willen aanvaarden dat wij zelf verantwoordelijkheid dragen voor hoe gezond ons eigen lichaam na verloop van tijd is. Intussen benoemt iedere politieke fractie in het halfrond het belang van investeringen in preventie, terwijl dat begint bij investeren in jezelf.
Want dat is uiteindelijk de kern van de zaak. Dat wij degene zijn die kiezen om dat glas aan onze lippen te zetten. En dat die keuze niet mis is. Maar dat we onszelf niet voor de gek moeten houden door te blijven beweren dat dit vandaag, morgen en aan het einde van de rit geen effect heeft op ons lichaam en onze gezondheidszorg.
Dus nee, ik pak uw pint niet af. Ik wil wel dat u weet wat u in uw lichaam steekt. Net als wanneer u geniet van een snoepje, een frietje of eender wat anders dat leuk of lekker is, maar misschien niet goed is voor u.