Mechelen stond lang bekend als dé schuldenkampioen onder Vlaamse gemeenten. Intussen nam Gent die titel van de Dijlestad over. Gent kijkt op tegen een totale schuldenberg van bijna een miljard euro. Daarom besliste de Oost-Vlaamse stad om de komende legislatuur 120 miljoen euro per jaar te besparen.

Toch betekent dat niet dat Mechelen volledig uit de wind blijft. Zo sleept de stad al jaren een schuld van om en bij de 300 miljoen euro mee. Berekend per inwoner is de schuld zelfs gelijkaardig aan die van Gent. Met respectievelijk 3.700 euro in Gent en 3.415 in Mechelen, ligt de schuld per inwoner bij beide ver boven het Vlaamse gemiddelde van 1.079 euro.

Bovendien is het voor Mechelen moeilijk om die schulden uit eigen zak terug te betalen. Dat blijkt uit cijfers van het agentschap Binnenlands Bestuur voor 2024, of het laatste effectieve bestuursjaar van de vorige legislatuur. In de meeste gemeenten was de zogenaamde autofinancieringsmarge positief. Die marge is wat overblijft nadat een bestuur zijn uitgaven en interesten betaald heeft.

In negen gemeenten bleek dat niet het geval, al gingen de meeste maar licht in het rood. Alleen Mechelen en de Oost-Vlaamse gemeente Herzele springen er sterk bovenuit. Zo gaat de marge in de centrumstad meer dan 6 miljoen euro in de min. Herzele volgt met een ruime afstand op meer dan 2 miljoen euro. Ook in 2021 en 2022 behoorde Mechelen tot het het handvol gemeenten met een negatieve marge.

Elf miljoen rente

De Mechelse oppositiepartijen cd&v en N-VA kijken al langer met grote bezorgdheid naar de stadsfinanciën. Vooral omdat het paarsgroene bestuur volgens hen de cijfers keer op keer positiever inschat dan ze zijn. Zo beloofde de vorige coalitie vijf jaar geleden nog dat de stad ongeveer 50 miljoen schuld zou afgelost hebben tegen 2025. Wat niet gebeurde, stelde cd&v-gemeenteraadslid Karl Lauwers vast.

“Bovendien zal Mechelen tegen 2030 elf miljoen euro aan rente op onze schulden moeten betalen”, aldus Lauwers. “Zouden we die dan niet beter afbouwen in plaats van 100 miljoen euro meer te investeren dan in de vorige legislatuur? Nu is er nog de budgettaire ruimte. In 2030 zal dat een heel ander verhaal worden en staan er ons veel moeilijkere keuzes te wachten, zoals in Gent.”

Stevent Mechelen af op een Gent-scenario? Ook N-VA-fractieleider Freya Perdaens ziet dat risico. “Ik hamer al acht jaar op dit punt, maar er is geen realiteitszin. In de nieuwe plannen van het bestuur zie ik geen bijsturing. Hoe langer het vooruitgeschoven wordt, hoe drastischer er nochtans bespaard zal moeten worden.”

Maar volgens schepen van Financiën Kristof Calvo (Groen) kijkt Mechelen wél een financieel gezonde toekomst toe. “We hebben ons huiswerk voor de zomer al gedaan en hebben duidelijke keuzes gemaakt.” Calvo kijkt daarvoor naar de verhouding investeringen ten opzichte van de totale uitgaven. “We investeren veel, maar laten de rekening kloppen door lage lopende uitgaven. We zijn sober op onze eigen organisatie om meer te kunnen doen voor de Mechelaars. Eigenlijk is dat een voorbeeld voor andere overheden.”

Mechelen heeft 12,6 personeelsleden per 1.000 inwoners - het tweede laagste aantal van alle centrumsteden - en is van plan de komende jaren nog 65 voltijdse functies te schrappen. Dat de totale schuldenberg ook de komende jaren - ondanks inflatie - rond de 300 miljoen euro blijft, wijst er volgens Calvo juist op dat de gestage schuldafbouw ingezet is.

Burgemeester Bart Somers (Open Vld) geeft toe dat 2024 op het vlak van de autofinancieringsmarge tegenviel. Dat heeft volgens hem verschillende redenen, waaronder de uitblijvende verkoop van enkele publieke eigendommen. “Maar de komende jaren mikken we op een positieve marge”, aldus Somers.

Strikter toezicht

Zowel Mechelen als Gent staan al decennia onder progressief bestuur. Toch ligt daar niet de verklaring voor hun hogere schulden, zegt professor overheidsfinanciën Herman Matthijs (UGent en VUB). “Daar is geen bewijs voor. Kijk naar Kortrijk: dat heeft een eerder rechts bestuur en is er ook niet goed aan toe.”

Wel zijn het vaker centrumsteden die torenhoge schulden met zich meeslepen. Dat is ergens logisch: als centrumstad bedienen ze ook de bevolking uit omliggende gemeenten - denk dan bijvoorbeeld aan winkelstraten die onderhouden moeten worden. Bovendien trekken steden vaker een armer publiek aan, die meer ondersteund moeten worden en minder kunnen afstaan aan de stadskas.

Toch leven veel centrumsteden volgens Matthijs ook gewoon boven hun stand. “Dat is ook in Nederland of de Verenigde Staten zo.” Matthijs pleit voor een striker toezicht vanuit de Vlaamse overheid. “Want vergeet niet: dit wordt uiteindelijk ook een probleem van Vlaanderen. De tekorten van steden, gemeenten en provincies tellen voor Europa allemaal mee in het Vlaamse begrotingstekort.”

Voor 2025 schatten alle gemeenten in dat ze met een positieve autofinancieringsmarge eindigen. Dat is ook het jaar dat de overheid controleert. Minister van Binnenlands Bestuur Hilde Crevits (cd&v) laat weten zich dus nog geen zorgen te maken. “Mijn administratie kijkt dit wel degelijk na. De banken hebben op dit moment nog altijd het vertrouwen in onze steden en gemeenten dat ze hun schulden kunnen terugbetalen.”

 

BRON: DE MORGEN - 1 OKTOBER 2025